Laatste Preek in Oude Kerk Ds Berkel
Overgenomen uit aantekeningen van de heer A. Vrielink.
De laatste Dienst in de Oude Hervormde Kerk te Oud~Schoonebeek
gehouden op Zondag 11 December 1927 des avonds 7 uur
voorganger Ds. J.F.Berkel.
Zondagavond werd in de oude Hervormde Kerk de laatste dienst gehouden, welke in verband hiermede een eigen karakter droeg. Het gebouw was reeds om halfzeven tot in alle hoeken en paden gevuld en om zeven uur was zelfs geen staanplaats meer te bemachtigen. Na gezang volgde voorlezing en gebed. Hierna ving ds. Berkel aan met te zeggen, dat heden in dit kerkgebouw de laatste dienst staat gehouden te worden. “Als de muren konden spreken” aldus spreker, zouden ze veel te vertellen hebben. Geslachten na geslachten zijn elkander hier opgevolgd. En voornamelijk in een plaats als de onze, waar de familieband zich uitstrekt over schier alle boerenhoeven, voelen we, hoe deze kerk een werk is van het voorgeslacht. Het kan dan ook niet anders of onze harten moeten jubelen: “’k Zal gedenken hoe voor dezen, ons de Heer heeft hulp bewezen". En al is er weemoed in ons hart nu we hiervan, al is het maar een gebouw, gaan scheiden, er is geen oorzaak voor bittere klacht. Immers we mogen ons in een ruimer bedehuis verheugen. Desniettegenstaande is er toch iets, dat ons in deze laatste dienst ontroert. Hoevelen zijn aan de voet van dezen kansel gedoopt, hoevelen hebben hier neergezeten, Zondag aan Zondag, hoevelen hebben hier niet het Heilig Avondmaal gevierd, hoevelen zijn er niet wier huwelijk hier is voltrokken, hoevelen zijn er niet die hier hebben beloofd, dat ze Christus in hun leven wenschten te dienen, hoeveel is er niet gebeden, gezongen, gesproken, geloofd? Zelf ben ik hier bevestigd en ingeleid tot mijn Heilig dienstwerk, aldus spreker, op deze plaatst hebben gemeente en ik elkaar trouw beloofd. Hoe zullen we dan dezen avond inrichten anders, dan door verkondiging van het Heilig Evangelie? En we zullen dat doen door met elkander te bezien de leiding Gods in de historie van kerk en gemeente. Gelijk Jezus te Sichem weleer, alzoo staat ook onze gemeente thans aan deze plaats. En als we hierbij verwijlen, moet ook deze vraag ons voor oogen staan: Kies u heden wien gij dienen zult? Straks zullen we het nieuwe kerkgebouw met blijdschap in gebruik nemen. Dezen avond en die dag hooren bij elkaar, want nu en dan, hier en daar, wordt hetzelfde Evangelie verkondigd. Tot tekst had Z.E.W. gekozen Ps. 4O : 6 “Gij o Heere, mijn God ‘hebt uw wonderen en Uwe gedachten aan ons vele gemaakt. Men kan ze niet in orde bij U verhalen; zal ik ze verkondigen en uitspreken, zoo zijn ze menigvuldiger dan dat ik ze zonde vertellen.” In het kort zette spreker uiteen, hoe blijkens den 40 sten Psalm Gods wegen voor den psalmist reden waren om Hem te dienen, gelijk dit ook ten opzichte van de Hervormde gemeente van Schoonebeek kan worden gezegd. Vervolgens ging spreker na, wat ons uit de geschiedenis van kerk en gemeente is bewaard gebleven. Van de oude geschiedenis weten we niet veel af, aldus spreker; in elk geval is echter bekend, dat ook in onze omgeving vroeger Heidenen gewoond hebben. Van Keizer Karel de Groote is bekend, dat hij het zendingswerk onder Friezen, Saksers en Franken sterk bevorderd heeft. In 800 is Drenthe dan ook een Christenland geworden. Het vroegste is sprake van Weijerswold, waarin vroegere tijden een nonnenklooster gestaan heeft. Wegens de herhaalde overstroomingen van het Schoonebeekerdiep is dit klooster opgeheven en naar Rolde verplaatst waar het de grondslag heeft gelegd tot stichting van het tegenwoordige Assen. Vanaf 1419 is met zekerheid meer bekend van Schoonebeek en zijn naaste omgeving. Na te gaan is, dat toen in Oud-Schoonebeek een R.K. kerk bestond. En ik ben geneigd aan te nemen, aldus spreker, dat in het tegenwoordige gebouw bij aldien het niet hetzelfde,
mocht zijn, dan toch de grondslagen zijn terug te vinden van de toenmalige kerk. In de gevel der tegenwoordige is een steen geplaatst met een Latijnsch opschrift en vermeldende het jaartal 1577. In 1598 is de Hervorming ook tot Schoonebeek (Oud) doorgedrongen. Het collatierecht, d.w.z. het benoemingsrecht van predikanten berustte oorspronkelijk bij de heeren van het landgoed “DE KLENCKE”. In 1700 is dit verwisseld met Oosterhesselen voor de Staten van Drenthe, wat later werd overgenomen door den Koning. In de vorige eeuw zijn al deze rechten vervallen.
Uit dezen tijd dateert de stichting van de z.g.n. "ijzeren koeien". Bij komst van een nieuwen predikant werd dezen f 50.- uitbetaald, welk bedrag bij eventueel vertrek wederom moest worden gerestitueerd. Het inkomen van den predikant was in die dagen niet hoog en bestond hoofdzakelijk in de opbrengst van pastoriegoederen, zooals pachten van boerderijen, benevens spek, boter en eieren. Van 1504 dateert de eerste kleine klok. 31 October 1517 was het groote keerpunt in de kerkgeschiedenis. Het duurde tot 1598 voor de Hervorming in Drenthe doordrong. In 1596 kondigde Lodewijk van Nassau, de stadhouder van Drenthe het bevel af, dat de pastoors de prediking moesten staken en de Kerkelijke goederen aan de Hervormden moesten overlaten. Zij die van pastoor predikant wenschten te worden, behoorden zich aan een examen op een "kerkvergadering" te Rolde te houden, te onderwerpen. Van de 26 opgekomen pastoors verklaarden zich 2 bereid tot de Hervorming over te gaan, n.l. de pastoors van Schoonebeek en Vledder.
Het examen viel voor deze twee laatsten niet gunstig uit; op een examen twee jaar later gehouden te Anloo, werden beiden tot den dienst in de Hervormde Kerken toegelaten. De eerste Schoonebeeker predikant (ex-pastoor) was alzoo Hermanus Breedeweg. Later heeft deze ds. Breedeweg de classis Emmen vertegenwoordigd op de Synode in Groningen gehouden.
In Schoonebeek is dus vanaf dien tijd in deze kerk het Protestantisme verkondigd. 30 predikanten hebben Gods woord voor mij op deze plaats verkondigd. Het ligt in geene deele in mijn bedoeling mensen te verheerlijken, maar spreker meent toch niet te mogen nalaten de namen te noemen van hen die aan het voorgeslacht en aan het huidige geslacht, het Evangelie hebben verkondigd. Het zijn achtereenvolgens: H.Breedeweg na Sept. 1603 vertrokken naar het Munstersche in de nabijheid van Meppen.
Van 1607-1612 J. van Holle (wegens doodslag vroeger bedreven en in 1612 ontslagen.)
B.G. Wangerpool 1613-1650 met emeritaat en in 1656 over1eden.
- Gerdink van 1651-1658 overleden 3 Juli 1658. Ten aanzien van deze laatste is nog te vermelden, dat diens graf hoogstwaarschijnlijk in deze kerk aanwezig is. Voor in de kerk ligt n.1. een grafsteen, waarvan echter alleen maar meer te ontcijferen is, dat op 3 Juli 1658 iemand overleden is en aldaar begraven is. Aangezien deze datum overeenkomt met het overlijden van laatstgenoemden predikant, kan gevoeglijk worden aangenomen, dat deze steen het graf dekt van ds. J. Gerdink.
Vervolgens hebben hier als predikant gestaan: J. Houwing 1659-1684. H. Fleck 1684-1690.
C. Steven van 1690-1701. J. Hardenbergh 1703-1705. Jacobus Hardenbergh 1706-1709 (in wiens tijd de groote klok is gekomen.) J. Paschen Johz. 1709-1717. A. Lankhorst 1717-1728 (overleden.) L. Fledderus 1730-1740 (9 Oct.1740 overleden). J. Hardenberg 1742-1755 (overleden.) H. Lancelot-Boelen 1756-1765. (vertrokken naar West-Indie) J. Koenraad - Werndlij 1765-1807 (overleed te Laar in t Graaf schap Bentheim 3-10-1810.) H. Volkers - Gosselaar 1807-1827 (26 september 1827 overleden.) H.C. Scholten 1828-1838 (overleden 24-9-1838.) P.C. Froon 1839-1957 (heeft zijn dienst neergelegd 2-8-1857 en wegens onheuse behandeling vertrokken.) K.J. Bleeker 1859-1878 (vertrokken naar Oterdum.) G. Borgesius-Siskema 1878-1880 (vertrok naar Uithuizermeden.) H.G. Tonsbeek 1881-1887 (vertrok naar Kolham.) C.R. van Lelijveld 1889-1892 (vertrok naar Appelscha.thans predikant te Dinter.) A.J. ten Bokkel - Huining 1894-1896 (vertrok naar 0.Indie.) I.C. van Hoeve 1896-1902 (vertrok naar Oost-Indie.) J.A.L.Hovy 1902-1908 (thans predikant te Wijk aan Zee en Duin.) P.N. Tonsbeek 1908-1913 (met emeritaat vertrokken.) H.A. Leenmans van 1914-1916 (thans predikant te Delft.) A. Altena 1917-1921 (vertrok naar Balk.) H van Elven 1921-1923 (in de loop van de vorige week overleden te Moercapelle.) Als we een blik slaan in de geschiedenis, zien we, aldus spreker, hierin hoe ook Schoonebeek overging van het heidendom tot Christendom en later van schaduw tot licht. Vervolgens werd gemeenschappelijk gezongen van Gezang 160: 1 het welbekende “Uren, dagen, maanden, jaren vliegen als een schaduw heen”. Hierna vervolgde spreker als volgt: “Het gaat niet aan een nauwkeurig overzicht te geven van de geschiedenis der kerk en ik zal slechts hier en daar een greep doen. In 1600 was de toestand verre van rooskleurig, ook al was de R.K. kerk veranderd in een Gereformeerde. Met het geestelijk leven was het droevig gesteld. Er was geen koster, ja zelfs geen schoolmeester. Men was van oordeel, dat het er best om zou gaan. Men had het er altijd zonder gesteld, dus het zou er in den vervolge ook wel goed om gaan. De Catechismus preeken werden zeer slecht bezochte.
In 1634 werd zelf de predikant beboet omdat hij geen voldoend aantal predikatiën over deze stof hield. De pastoriegoederen brachten in dien tijd slechts f 209.- op. De “bij-inkomsten”vormden een hoofddeel van des predikants jaarwedde Als voorbeeld kan worden genoemd, dat bij een sterfgeval de nabestaanden gedurende 30 jaar een brood met een pond boter op den sterfdag bij den predikant moesten bezorgen. Later moest van het salaris van den onderwijzer per mudde land 5 cent betaald worden. Het kerkgebouw verkeerde in dien tijd in een desolaten toestand en werd in 1681 dan ook gerestaureerd. In 1630 bestond de gemeente uit slechts 30 belijdende leden, in 1672 (oorlog met Engeland, Frankrijk, Munster en Keulen) brak ook voor Schoonebeeks gemeente een noodjaar aan. Schoonebeek had zeer te lijden door de inval der Munsterse troepen, die ons dorp plunderden. Zelfs werd in dien tijd de Bijbel van den kansel geroofd. Vijf jaar later was nog geen nieuwe aanwezig. Waarschijnlijk was er geen geld om een nieuwe te koopen. Daarna werd de toestand beter. De sterfrechten werden evenwel nog niet afgekocht, overal werden gelden (rechten) voor geheven voor een lijkrede, voor een attestatie, voor een afkondiging enz. Uit de diaconale boeken blijkt echter, dat gift na gift binnenkomt. Ook het geestelijk leven bloeide. De onregelmatig levenden werden vermaand en ernstig onderhouden, waarna bij volharding de zaak bij de classis werd aanhangig gemaakt. In 1707 werd de groote klok gegoten. In 1787 werd het gebouw grondig gerepareerd, waarvoor f 850.- geleend werd a 1 ½ pct. In 1800 werd de sterfpacht van den predikant afgekocht. In 1816 kwam de overgang naar de tegenwoordige Hervormde Kerk. Het moge vreemd klinken, zoo zei de spreker maar Drenthe was vroeger een bij uitstek Gereformeerd land. Het Calvinisme was hier tot grooten bloei gekomen. In 1833 verkeerden kerk en toren weer in slechten toestand.
Het Rijk gaf toen een subsidie van f 600.- terwijl de Synode een bedrag van f 500.- toestond. 8 September 1833 werd de vernieuwde kerk in gebruik genomen onder leiding van Ds. Scholte, die tot tekst gekozen had 1 Thessalonicenzen 5: 18. (In een steen boven de deur onder de toren destijds aangebracht staat het volgende te lezen: In 1833 zijn galerij, plafond en ijzeren balken gemaakt en de kap vernieuwd. H. Meppelink, J. Stokman en H. Wilms (Kerkvoogden.) Om armlastige vreemdelingen te weren, nam de diaconie in dien tijd een eigenaardig besluit. De ondersteunden moesten op den schouder een lap dragen waarop met groote zwarte letters vermeld “D.V.S.” (Diaconie van Schoonebeek) en daarnaast ziet men dat in 1845 (toen de landbouw geteisterd werd door een aardappelziekte en er werkloosheid heerschte) de diaconie sociale zorg gaat beoefenen. Door de diaconie werd n.l. werk verschaft, terwijl slechts de helft van het loon aanvankelijk werd uitbetaald. De resterende helft werd later in tijd van vorst uitbetaald. Daarna vallen donkere schaduwen over de volgende jaren; het leven stond op zeer laag peil. De notulen van dien tijd zijn niet zeer opwekkend. De toenmalige predikant Ds. Froon is zoo geplaagd dat hij met emeritaat ging. Naar we vernamen heeft Z. Eerw. bij het afscheid gepreekt over de tekst: “En wat nut hebt gij van de dingen waarover gij u nu schaamt”. De kanselbijbel dateert van 1839 en is een in 1660 gedrukt exemplaar. Ter gelegenheid der Inzegening en Bevestiging van den Weleerwaarden Heer P.C. Froon als predikant der gemeente Schoonebeek is deze bijbel aan deze gemeente ten blijk van belangstelling en aandenken geschonken door F.M.v.D: Utrecht September 1839. Zijn Weleerw. is door den Weleerw. Heer H. van Ingen, consulent dezer gemeente en in tegenwoordigheid van de Weleerw. Heeren G. Groon en E.A. Metelerkamp - Cappenberg Pred. te Emlenkamp onder ons bevestigd op den 8 September 1859 met Hebr. 12 vs 2a. Daarop des namiddags heeft Zijn Weleerw. zijne intrede gehouden met Spreuken 16: 9.
Ter gelegenheid van de ingebruikneming der nieuwe kerk is deze Bijbel geheel vernieuwd en in leer ingebonden als geschenk van den heer F.G. Berkel te ‘s Gravenhage. De kerk is in gebruik genomen 14 December 1927 met een prediking over Ps.103: 1.
In 1861 is ter plaatse de Gereformeerde Kerk ontstaan, dit was niet van zoodanigen invloed, dat het geestelijk leven niet meer en meer in de Hervormde Kerk doordrong. In 1871 werden de lampen voor de avonddiensten gekocht, terwijl het aantal ouderlingen en diakenen beide op 3 gebracht werd. Het modernisme heeft hier geen invloed gevonden, in dien zin dat Jezus geloochend wordt als Gods zoon. In 1925 is in het Nieuw - Schoonebeekerveld een Evangelisatiegebouwtje geopend. Het aantal der zielen der gemeente bedraagt thans 1700, waarvan 650 stemgerechtigden.
En nu hopen we zoo zei de spreker, Woensdag a.s. het nieuwe kerkgebouw in gebruik te nemen. Het kan niet worden gezegd; dat dit niet onder vooruitgaande omstandigheden plaats vind.
Het Zondagschoolwerk bloeit, evenals het overige jeugdwerk, het kerkelijk huwelijk (dat schier was uitgestorven) komt weer in eere. In catechisatie en jeugdwerk is groei te bespeuren en vooruitgang. Evenwel zijn dit dorre feiten. Hij kan niet schetsen wat aan geestelijke zegen in al de eeuwen die achter ons liggen, genoten is. Hoevelen hebben hier niet gezeten met rouw in het hart, die getroost zijn geworden, hoevelen hebben hier niet met moeite en zorg gezeten, die uitgeholpen zijn. Meen echter niet, dat het de 30 predikanten zijn geweest, die u dien zegen hebben geschonken, neen, dien zegen schonk God alleen, zei de spreker. En als we daarop zien, kon het niet anders of we moeten ons heel klein gaan gevoelen.
Aan het slot van zijn rede gekomen zijnde, riep spreker op, allen die hier hebben gehoord en geluisterd, allen die hier gedoopt zijn, allen vaders en moeders die hun kinderen hier den Heiligen Doop hebben laten toedienen, allen die genoten hebben een zegen aan het Heilig Avondmaal, allen die aan den voet van den kansel hebben uitgesproken, dat ze hun leven Jezus Christus zouden wijden, allen die hier gewerkt hebben, allen, groot en klein, rijk en arm, oud en jong om het verbond met hun God te vernieuwen, opdat allen eenparig het uitjubelen: “Ik wil van u niet scheiden, maar uw diennaar zijn”. Vervolgens werd gemeenschappelijk gezongen Gez. 55 vers 2 Trotse bergen zullen wijken,
Vaste rotsen eens vergaan.
Zijne trouw zal nooit bezwijken
Zijn verbond blijft eeuwig staan
Laat de wereld zelfs vergaan
Zijne trouw blijft eeuwig staan
Wat ooit wanklen moog of wijken
Zijn verbond zal nooit bezwijken
Waarna Ds. Berkel in dankgebed voorging.
Hierna werd staande gezongen Psalm 68 vers 10: Geloofd zij God met diepst ontzag enz. waarmede deze plechtigheid, vol van ontroering beëindigd werd.