1941 Kerstavond in de jachthut

Uit de nieuwe Drentsche volksalmanak 1941

 Kerstavond in de Jachthut

door

E. Karst Jr.

 

Uitgestorven lijkt het wijde veen, dat zich in een witte mantel gehuld geeft. Stralend staat de zon aan de heldere hemel, zoodat de sneeuwkristallen glinsteren als juweelen. Af en toe een zuchtje wind van het sluimerende veld.

Vanavond willen we in de jachthut doorbrengen, de jachthut, welke ons reeds zoo vaak aangename uren bezorgd heeft. Evenwel zal het bezoek thans een bijzonder karakter dragen, want ook mijn vrouwen kinderen willen van de partij zijn.

Daarom het beste beentje voorgezet. Een aangename verrassing zal hen daar wachten. Een week tevoren, toen het plan de campagne reeds vaststond, heb ik een handig kerstboompje uitgezocht en dit stiekum naar de hut getransporteerd, waar het thans zijn bestemming afwacht. Alle ingrediënten, noodig voor versiering, zijn inmiddels ook op clandestiene wijze aangekomen, zoodat we met vertrouwen de toekomst tegemoet kunnen zien. Met z'n tweeën, m'n neef en ik, gaan we na den middag op stap. Het heet, dat we vooraf een flinke berstocht willen ondernemen en tegelijkertijd willen nagaan of het ook tijd wordt een aanvang te maken met de voedering van het reewild. Ik zal dan tegen zes uur de kachel warm stoken, terwijl m'n neef de heele familie vanaf een bepaald punt zal afhalen. Een overbodige beleefdheid is dit laatste allerminst.

De rugzak wordt gepakt, ook vind ik nog gelegenheid eenige spullen onbemerkt daarin te doen verdwijnen en vergezeld van mijn oude Nimrod, die zoo ongeveer de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt, keeren we de bewoonde wereld de rug toe.

Heerlijk weer is het. Alles blinkt en schittert in het felle zonlicht, zoodat de oogen af en toe beginnen te steken.

De landweg, en ook verder op, een open boek. Hier heeft een fazant z'n toevlucht tot het heidezaad genomen, daar heeft een wezel een muis bemachtigd. Keurig staat de prent van de rekelvos in de versche sneeuw, zelfs blijkt de bunzing het aangedurfd te hebben de beschuttende schuur te verlaten om een strooptocht in het veld te ondernemen. In de berkjes trachten meezen onder vertooning der meest halsbrekende toeren hun kostje op te scharrelen, terwijl een troepje distelvinken nalezing houdt op de brandnetels. In zuivere koepelvorm welft zich het azuren luchtruim, waarin een minder gewenschte wintergast, een havik, zijn cirkels schrijft. Gisteren nog zag ik, hoe hij in volle vlucht een korhaan sloeg.

Ziezoo, we zijn bij de jachthut aangeland en treden binnen. M'n neef ontsluit de luiken, onderwijl ik de kachel, een museum exemplaar van een koosje, aanleg. Brandstof blijkt er niet te veel te zijn, zoodat op staande voet, met behulp van zaag en bijl, voor aanvulling moet worden gezorgd. Berkenhout in overvloed. Versch gekapt voldoet het beter dan gedroogd. Tegen vuile handen helpt de sneeuw.

Vrij spoedig hebben we met behulp van de piepende brandstof een aangename temperatuur.

Nu moet de kerstboom versierd worden, wat geen gemakkelijk werk blijkt te zijn. Enfin, samen krijgen we 't klaar en alras prijkt hij in volle waardigheid in een hoek van het vertrek. Als voetstuk dient een Keulsche pot, waarop een kistje, beide gecamoufleerd door gekleurd papier.

Hulstversiering ontbreekt nog. In de nabijheid is ze evenwel uit voorraad leverbaar, rijk voorzien van bessen, waarvoor ze in de stad een kapitaaltje over zouden hebben. Even de jas aangeschoten en met een kwartiertje zijn we volbeladen terug.

Zóó, dat staat mooi tusschen de gekleurde kunstbijlagen uit jachttijdschriften, die de wanden sieren.

Ten slotte worden de tafel, de vensters en wat maar eenigszins ruimte biedt, van kleurige kaarsjes voorzien en kunnen we met voldoening op ons werk terugzien.

Haast wat vergeten, de cadeautjes, welke tusschen de wirwar van de kerstboomtakjes zorgvuldig verborgen worden.

't Begint te donkeren, onderwijl fazanten zich naar beschutte plaatsjes in de buurt van de hut begeven. Geen nood, de oude café lamp, die in z'n jonge jaren vaak getuige was van uitbundig feestbetoon en thans meestal in stille ingetogenheid z'n dagen slijt, laat ons niet in de steek. We sluiten de luiken en het is alsof het nog gezelliger wordt. Af en toe moet een blokje berkenhout de vuurproef ondergaan. We verdiepen ons in eenige steeds voorhanden zijnde jachttijdschriften, totdat de maag ons komt vertellen, dat het etenstijd is. Boterhammen worden voor den dag gehaald, de thermosflesch blijkt een goede inhoud te bevatten, wat smaakt het hier heerlijk. Ook de hond krijgt zijn deel.

Een blik op ons horloge zegt ons, dat het tijd wordt op te schieten. Gezegd, gedaan.

M'n neef laat mij alleen en verdwijnt in de richting der menschelijke samenleving.

De hond ligt rustig in de mand te soezen, de kachel snort lustig, ik maak het me gemakkelijk op een geïmproviseerde divan, welke nu niet bepaald "salonfähig" genoemd kan worden. Met het mooiste meubilair en de meest luxueuze omgeving zou ik thans niet graag willen ruilen. Woorden schieten te kort om van de gezelligheid in de jachthut een juist beeld te geven. Een werkelijk eigen sfeer, zooals men nergens elders vindt.

Ganzen trekken gakkende over. Tot ziens! Niet ver van de hut verwijderd zwerft een vos. Zijn gekef dringt telkens tot mij door. Hij heeft zeker onraad bespeurt en lucht op deze manier zijn ergernis. Geen bezwaar hoor. Schoonere muziek is in de jachthut niet denkbaar. Af en toe open ik de deur of soms het bezoek in aantocht is. Ja hoor, de derde maal hoor ik kinderstemmetjes in de ijle lucht. En een lawaai dat ze maken. De één voert nog hooger toon, dan de ander. Nog even gewacht en ik steek alle kaarsjes aan en blaas de lamp uit. Kostelijk gezicht van buitenaf.

Als de heele familie zoo ongeveer gearriveerd is, werp ik de deur open, een lichtstroom golft naar buiten, en .. één jubel stijgt op. Ook mijn vrouw weet niet wat ze ziet. Wel heeft ze vermoed, naar ze althans zegt - en het zal ook wel zoo zijn -, dat ik in de hut wat uitspookte (dank je wel voor het compliment), maar dit, neen, dit heeft ze toch niet kunnen denken, alhoewel ze overigens vrij goed met mijn verrassingen vertrouwd raakt. De kinderen weten niet waar eerst te kijken. Eerst nadat ze eenige minuten zich aan het geheel  verzadigd hebben, letten ze op de details en de eene uitroep na de andere klinkt door de hut. De eene vindt de groene kaarsjes het mooist en de andere de roode, nummer drie is vol bewondering over de groene hulst met roode bessen, terwijl nummer vier met open mond naar de jachttafereelen staart. Eén der kleinen heeft alras ontdekt, dat er twee gelijke platen hangen, wat mij werkelijk ontgaan was.

Ook mijn vrouw heeft harerzijds voor een verrassing gezorgd in den vorm van chocolademelk en koeken. Heerlijk wordt er gesmuld, nadat allen een plaatsje gevonden hebben op de jachtstoeltjes, de divan en wat dies meer zij.

Bij een nauwkeurige inspectie van de kerstboom ontdekt één der kleinen een pakje. Ja, dat klopt, het blijkt voor Mamma te zijn en bevat een kleine herinnering aan deze avond. Stuk voor stuk komen nu ook de andere cadeautjes voor den dag; zelfs de neef blijkt tot zijn groote verwondering niet vergeten te zijn. Allen verkeeren in de beste stemming.

Plotseling een treurig kinderstemmetje "En wat heeft Pappa nu gekregen ?"

Ja, Pappa heeft niets. En of ik nu al verzeker, dat ik me rijk beloond acht door alles wat ik zie en hoor, het stemt niet tot volle tevredenheid der kleinen. Eerst nadat Mamma beloofd heeft ook Pappa iets te zullen koopen, keert de goede stemming terug.

Och, lieve kindertjes, Pappa was werkelijk rijk beloond door de vreugde, welke hij jullie kon bereiden. Als het goed is zullen jullie in je verder leven, ook nog wel eens ervaren, dat geven zaliger is dan ontvangen.

Onder vertelling en spelletjes vliegen de uren om en voor we er erg in hebben, is het tijd om te vertrekken. Noode wordt van de hut afscheid genomen, doch al vrij spoedig klinken vroolijke kinderstemmen weer over het maanlichte veld.

Af en toe maakt een haas een kegel, de oude bok, die juist z'n takken kwijt is, stampt van ergernis met z'n loopers, want het schijnt lang niet pluis te zijn. Ook de vos, die op de muizenjacht is, acht het verkieslijker in de richting van het kanaal te verdwijnen.

Als de stemmen verwaaid zijn keert spoedig de rust terug en al het wild wisselt weer als naar gewoonte langs het vertrouwde spoor.

Schoonebeek, 2e kerstdag.

 

www.oud-schoonebeek.nl