Coevorden Huis aan Huis 8 oktober 2008

Tijden zijn veranderd bij “huisje Weltevreden”

Door Huib D. Minderhoud

 

Toen Obbe Norbruis in 1923 bur­gemeester Mulder in Schoone­beek opvolgde, voelde hij er niets voor evenals zijn voorganger in het gemeentehuis te gaan wonen. Vandaar dat hij alles in het werk stelde een ambtswoning voor zich en zijn gezin te verwezenlijken. In 1924 kreeg hij zijn zin en op 24 november van dat jaar legde hij samen met zijn wethouders J.W. Husen en J. Tallen daarvoor de eerste steen. Het werd een voor die tijd bijzonder huis met een opvallend spits dak. Voor­zien van twee dakkapellen aan weerszijden, een serre en ramen met luiken was het van alle ge­makken voorzien. Op de vliering, de tweede verdieping achter het vierkante bovenraam, waren twee kamertjes 'afgetimmerd' voor de inwonende dienstbode.

Burgemeester Norbruis was zeer in zijn nopjes met zijn nieu­we ambtswoning en als kennis­sen zich wat schamper uitlieten over de afmetingen, sprak hij altijd van zijn 'Huisje Weltevre­den'. Norbruis was dan ook niet voor niets de burgemeester van de crisisjaren en gewend met doelmatigheid tevreden te zijn. Hij was er voortdurend op uit om voor 'zijn' Schoonebeker arbei­ders werk te verschaffen en reali­seerde onder meer het bestraten van de wegen in het Oosterse- en Westersebos en het Middendorp, de aanleg van het kanaal A van­uit het Stieltjeskanaal naar het Schoonebekerveld, de normalisa­tie van het Schoonebekerdiep en de bouw van nieuwe woningen. Ondanks de verleende werkver­schaffingsubsidies werden deze werken jaarlijks met tekorten van tienduizenden guldens uit­gevoerd en de voorstanders van sluitende begrotingen waren het daar lang niet altijd 'met eens!'

Norbruis was een gezagsge­trouw bestuurder en hij ver­wachtte die houding ook bij zijn gemeenteleden. Om hun gedrag goed in de gaten te kunnen hou­den en als hoofd van de politie indien nodig onverwacht op te kunnen treden, verstopte hij zich 's avonds wel eens onder de buitentrap van de zuivelfabriek. Tenminste, dat werd verteld! Hij nam afscheid in 1935 en hij was zo op zijn oude gemeente ge­steld, dat hij op zijn verzoek in 1970 hier werd begraven. Zijn opvolger, burgemeester Van Ek, was een rechtlijnige calvinist, die zijn afkeer van de Duitse bezet­ter niet onder stoelen en banken stak. Daarom werd hij al op 30 juni 1941 gearresteerd en op­gesloten in het gijzelaarskamp Schoorl. Zijn NSB-opvolger G. Bisschop werd om zijn niets ont­ziende onderduikervervolging op 29 juli 1943 door het verzet doodgeschoten. Distributieleider De Boer en een NSB-handlan­ger sneuvelden bij die aanslag ook, terwijl veldwachter Kippers als zondebok gearresteerd en la­ter gefusilleerd werd. Tot 6 april 1945, de bevrijdingsdag, zwaaide een tweede NSB-burgemeester de scepter in Schoonebeek en in die tijd vielen er hier nog vijf slachtoffers van de naziterreur. Na de arrestatie van deze Duitse bondgenoot keerde burgemeester Van Ek weer terug om tot 1950 zijn functie nog uit te oefenen.

Op 5 oktober van laatstge­noemd jaar werd burgemeester W.F.P. Osse geïnstalleerd. Als 'noordelijke bourgondiër', zoals hij zichzelf graag noemde, vorm­de hij een grote tegenstelling tot zijn voorganger. 'Rooi het met de NAM!' was zijn opdracht en dat deed hij. Sporthallen, kruis ge­bouwen, winkelcentra, scholen en woonwijken werden gebouwd en de aanleg van de Europaweg vormde een hoogtepunt in zijn loopbaan. De medewerking van de NAM was bij verscheidene van deze projecten onmiskenbaar. In 1966 werd Osse lid van Gedepu­teerde Staten en drie jaar later overleed hij plotseling, pas vijftig jaar oud. Zijn opvolger, burge­meester Capetti maakt in 1972 als plaats voor 'Maurits' L.C.M. Schneemann, weer een bour­gondiër. Meer dan twintig jaar, tot 1994, zou deze burgemees­ter met zijn gezin hier wonen. Hij was een beminnelijk mens, die zich daadwerkelijk voor zijn burgers interesseerde. Ook hij onderhield uitstekende relaties met de NAM. Toen Schneemann naar de gemeente Berg en Dal vertrok, bleef mevrouw Schnee­mann in verband met het ont­breken van een geschikte woning nog enige tijd hier wonen. De opvolgers, burgemeester Mîchels­en waarnemer Weidgraaf, woonden in verband met de komende gemeentelijke herindeling niet in Schoonebeek. In 1997 kwam de voormalige ambtswoning 'aan de koop'. De nog net bestaande gemeente Schoonebeek deed het huis bij inschrijving van de hand. Dat dreef de prijs voor het tiental gegadigden behoorlijk op, vooral ook omdat er sprake van was, dat een liefhebber de woning koste wat kost in bezit wilde hebben. Tenslotte waren het Gezinus en Petra Grooten, die het hoogste bod uitbrachten en dus kopers werden. 'Veel te duur toen!', vin­den ze nu, maar dat leed is al lang geleden. En de tijden zijn veranderd. Ze hebben het huis, dat in niet al te beste staat verkeerde, prachtig opgeknapt. Kijk maar eens naar die fraai beschil­derde luiken en de muurvlak­ken in de voorgevel. Inwendig heeft een praktische verbouwing plaats gevonden en nu zijn de kamertjes van de dienstbode aan de beurt. Daar komen een badka­mer en een hobbykamer voor de twee zoons. Daarboven komt dan toch nog weer een kleine vliering. Altijd gemakkelijk! In de linker zijgevel bij de ingang bevindt zich nog steeds de ingemetselde eerste steen, die het echtpaar on­der geen beding missen wil.

Sta er eens een moment bij stil, bij dit ruim tachtig jaar oude mo­nument aan de Europaweg 64 in Schoonebeek.

 

 

 

 

 

www.oud-schoonebeek.nl